zondag 26 april 2009

Noot van de vertaler

De vertaler die na gedane arbeid eens gaat bekijken wat vertalers naar andere talen ervan gebakken hebben... In dit geval sloeg hem de schrik om het hart.

Vertaler Willem Ouwerkerk had inzage in de Duitse, Deense en Zweedse vertaling en zag tot zijn verbazing dat het niet ongewoon is 1. te parafraseren, 2. het beter te weten dan de auteur, 3. zinnen weg te laten. We zijn in kinderboekenland, misschien gelden daar andere regels?!

Een mooi voorbeeld is een vertaalster die heus wel weet dat alle tekst uit de hersenpan van hoofdpersoon haasje Klumper komt. Maar wanneer de vader sprekend wordt opgevoerd door zoon Klumper en zegt: "Mamma, jij blijft hier. Ik en Klumper gaan een rondje hardlopen", wordt dit 'verbeterd' in "Klumper en ik gaan een rondje hardlopen." Het is juist de bedoeling dat we ons geamuseerd afvragen of vader haas dat zo gezegd heeft, of dat kleine hazenzoon het ervan maakt...



Deze vertaalster laat elders Klumper's veelzeggende opmerking weg dat ze een nieuwe buurman hebben, die meestal maar in de buurt van zijn hol blijft (na verhaal over een spoorloos verdwenen buurman...). Het kan ook zijn dat de overweging is geweest dat er anders te veel tekstregels zouden komen; het Noors heeft er in het algemeen minder nodig. De tekst zou van de pagina kunnen lopen...

Uitgeverij Watervis heeft dit probleem voorzien en ervoor gekozen waar nodig de tekst altijd de ruimte te geven door de illustratie op de betreffende pagina dan maar iets te verkleinen. Niemand die daar iets van ziet.

Ontvangst van Gewoon maar wachten

Het is leuk om te zien hoe je boek opeens opduikt bij allerlei internetboekhandels. Helaas nemen ze niet allemaal de moeite om het omslag af te beelden (of is dat een soort ingebouwde vertraging?) maar wel nemen ze letterlijk de toelichtende tekst over die wij zelf hebben aangeleverd en die ze bij het Centraal Boekhuis kunnen zien.

Soms bieden wij het boek persoonlijk aan bij boekhandels, dat kan zijn in onze eigen stad of in de stad waar een van ons werkt. Soms geven we het boek een middagje ter inzage en komen dan later "horen".

En dan hoor je hoe je boek (je kind!) wordt gelezen en maak je mee wat je al die schijvers zo vaak hebt horen vertellen: het boek wordt gelezen op een manier die op jou heel vreemd en onverwacht overkomt. Zo ís jouw kind niet, is je eerste reactie; niemand kent het zo goed als wij...

Ons boek gaat volgens ons over een haasje (jongetje, kind) dat in een heel onzekere situatie is beland, bang is hoe dit af gaat lopen, en zich tijdens het lange wachten op redding op de been houdt door wat in de psychotherapie wel de helpende gedachte wordt genoemd. (Met dank aan H. en G. voor deze term, die mij tot gisteren onbekend was.) Maar eigenlijk had ik het al opgeschreven, op de achterkant van het boek: "Veel denken aan thuis, dat helpt."

Dit haasje heeft het geluk dat hij uit een warm nest komt. De herinnering aan de wat cynisch geworden vader, die al heel wat echtgenotes en kinderen aan vos en uil heeft moeten verliezen, wordt terdege gecompenseerd door de gedachte aan de positieve instelling van de moeder en ook aan de vader wordt teruggedacht als een figuur vol goedbedoelde vermaningen over het belang van een goede conditie om maar uit handen van belagers te kunnen blijven... Al begint het hazejongetje (vast onder invloed van die door het leven getekende vader) gaande het boek ook gedachten te ontwikkelen als: je staat er allemaal alleen voor, je moet jezelf maar weten te redden... Het wisselt. Net zoals in de illustraties de bezigheden wisselen: hangen, liggen, denken, uitkijken.

Kortom, juist door de helpende gedachte weet het haasje zijn angst de baas te blijven en raakt hij niet in paniek. Niet voor niets zijn de tekeningen die zijn gedachten aan de familie thuis weergeven in sterke, heldere kleuren uitgevoerd. Dit is gewoon een sterk haasje. Zijn redding komt weliswaar van een andere kant dan verwacht (de moeder) maar zelfs aan het uitblijven van de vader als redder (is hij ook bang?) geeft de moeder een plausibele draai: hij moest op Broertje passen.

Na dit alles de reacties van een aantal boekhandelaren:

* Veel tekst, terwijl er weinig gebeurt. Haasje wacht maar en wacht maar, kinderen verliezen hun aandacht als er niks gebeurt. Boekhandelaarster en collega werden zelf moe van al dat wachten. Te moeilijk, te veel gedachten, te fragmentarisch, de korte zinnen zijn niet uitnodigend voor kinderen.
* Ongewoon veel tekst, zie je haast niet in Nederland. Heel mooi vertaald maar er is zo weinig positiefs voor dat haasje, hij blijft maar met die angst zitten, je mist iets wat hem steun geeft.
* Gewoon een mooi boek, mooie plaatjes, mooi verhaal. (Eigenlijk wist boekhandelaarster het niet zo nauwkeurig te omschrijven, maar ze trok er een heel vergenoegd gezicht bij, ze zag het zichzelf al voorlezen aan haar (klein)kinderen, voor de open haard met een mok warme chocolademelk.. althans, dat dacht ik van haar gezicht af te lezen...)
* Een medewerker van een winkel die uitsluitend ecologisch geproduceerde artikelen verkoopt, zag even snel het boek in, maar was eigenlijk al meteen om toen duidelijk werd dat het boek volledig eco gedrukt is. Anders zouden ze het niet eens verkopen. Dat het verhaal zelf ook de moeite waard is, blijkt inmiddels wel uit de verkoop!

donderdag 16 april 2009

Cultureel ondernemerschap

Vertaler Willem Ouwerkerk las op www.boekvertalers.nl de column van collega Ine Willems en kan (na verwoede pogingen als cultureel ondernemer zijn belastingaangifte tot een goed eind te brengen) het niet laten haar samenvattende slotzin te citeren:
Om als boekvertaler cultureel ondernemer te zijn dien je een actieve invulling te geven aan competenties die haaks staan op wat de dagelijkse professie van het boekvertalen vooronderstelt: de behoefte aan stilte en tijd om te horen wat er zich in je hoofd afspeelt.

maandag 6 april 2009